Gevederde Nachtjagd

SHARE

Gevederde Nachtjagd

Net als de bezetter kwam de bevrijder uit het oosten. Een week voordat de Canadezen bij Wester-voort de IJssel overstaken om Arnhem definitief op de Duitsers te veroveren maakte – op 7 april 1945 – de Royal Air Force een uitgebreide verkenningsvlucht.

Speciale aandacht had de luchtfotograaf voor het Verborgen Landschap ten noorden van de stad; daar waar de Duitsers vanaf mei 1940 in een koortsachtig tempo het grootste militaire vliegveld van Nederland hadden gebouwd; Fliegerhorst Deelen. De Luftwaffe zou hier baanbrekend werk voor de ontwikkeling van de Nachtjagd verrichten; het in het duister op vijandelijke toestellen jagen.

Vorige week kocht ik deze serie verkenningsfoto’s in een hoge resolutie. De foto’s die op die zonnige voorjaarsdag in 1945 zijn gemaakt zijn opmerkelijk; anders dan gebruikelijk zijn ze vanuit vogel-vlucht perspectief gemaakt en niet recht van boven. Ze tonen een panoramisch uitzicht over Fliegerhorst Deelen en de talloze, inmiddels verdwenen hangars en andere gebouwen. In de verte zijn de heuvels en bossen van het Deelerwoud te zien. Het enorme vliegveld maakt een volkomen verlaten indruk. Dat kan kloppen want al voor de Slag om Arnhem, zeven maanden eerder, waren de vliegtuigen en het personeel naar Düsseldorf verplaatst. De grote hangars voor bommenwerpers zijn reeds ontmanteld: ze zijn van hun daken en dakbalken ontdaan. Deze materialen konden ze in de Ausgebombte steden in de Heimat inmiddels goed gebruiken.

Onbekend objectPlots duikt op drie van de 38 foto’s uit de verkenningsvlucht onze eigen hangar op. Ongeschonden, mét pannendak. Als je goed kijkt, zie je de schaduwen van de nog kale eiken die ook nu nog -bijna 75 jaar later – dit bijzondere gebouw flankeren. In onze akker staan op de foto’s nog twee hangars. Ze zijn anders gecamoufleerd en stukken kleiner. Op de muur van één van deze hangars zijn duidelijk de opgeschilderde ramen met gordijnen te zien.

Ik ken nog een andere fotoserie, gemaakt een dag voor Kerstmis 1944. Het moet een heldere dag zijn geweest. De beelden zijn recht van boven gemaakt maar door het lage winterlicht en de lange schaduwen zijn plots de hoogtes van objecten af te lezen. Naast onze hangar is een klein object zichtbaar dat even hoog als de hangar moet zijn geweest maar al lange tijd verdwenen. De vogelvluchtfoto’s van 7 april 1945 bieden uitkomst; het moet een hooimijt zijn geweest…..of althans een object dat als hooiberg vormgegeven was.

FolliesDe Nachtjagd is terug van nooit helemaal weggeweest en speelt ons bij de realisatie van onze plannen parten; in de hangar huist een kerkuil. Willen we verder dan zullen we deze nachtjager moeten verhuizen. We zouden de uilenkast kunnen verplaatsen naar de kapschuur van Henny Roelofsen; onze teamgenoot die iets verderop woont. Maar dat is ons te gemakkelijk. We willen namelijk de ontwikkeling van ons Verborgen Landgoed nadrukkelijk met behulp van kunstenaars, vormgevers en andere creatieven laten plaats vinden.

Op Engelse landgoederen uit de negentiende eeuw werden tal van follies gebouwd; zinloze bouw-werkjes waarvan je nu zou kunnen zeggen dat ze het midden houden tussen architectuur en beeldende kunst. Onlangs stuitte ik op de zogenaamde uilentorens; speciaal als onderkomen voor kerkuilen bedachte ’kerktorens’ die nooit enige relatie met een kerk of geloof hebben gehad. Ze staan als follies in de velden. Hoe mooi zou het zijn onze gevederde nachtjäger onder te brengen in een 21ste eeuwse follie? Een uilentoren vormgegeven vanuit een kunstopdracht die behalve een nieuw onderkomen voor de kerkuil tegelijkertijd een eerste sculptuur op ons Verborgen Landgoed is? Als inspiratie kunnen die opmerkelijke foto’s van 7 april 1945 dienen; een hooimijt met zonnepa-nelen die eigenlijk een uilentoren is……maar dat is natuurlijk aan de creatieve geest die zich op de ’hangar’ voor de huidige Nachtjagd uit mag gaan leven.

Gerelateerde blogs